Moira - Een Hemels Sprookje
(Deel 7)
Auteur - Lilian Gijsbers
Voorbij de
illusie creëer je de wereld
De
tijd verstreek en haar groei had zich voortgezet. Moira raakte gewend aan haar
gaven. Ze sprak er vaker over met vreemden en ook in haar vriendenkring liet ze
wel eens wat los. De cursus bracht haar vertrouwen. Om te kunnen oefenen, hielp
ze steeds meer mensen die op haar pad kwamen. Haar ouders had ze nog niks
verteld. Wat zou ze hen moeten zeggen? “Pap en mam, ik kan mensen genezen. Ze
zouden vast vragen of ik een cursus op internet heb gevolgd,” dacht Moira. Ze
moest glimlachen bij het idee. Nee, de traditionele geneeskunde was niet haar
ding, omdat ze vond dat medicijnen vaak ter bestrijding gegeven werden en dat
er naar de echte oorzaak te weinig werd gezocht. Dat weekend kwam ze weer bij
haar ouders, die weer praatten over vakanties, een vriend die ziek was en
waarschijnlijk zou overlijden, maar ze hadden het vooral over dieet en
afvallen, het waren dingen die Moira nooit besprak. Een dieet had ze niet
nodig, vakantie kon ze niet betalen en een zieke vriend had ze gelukkig ook
niet. Ze kon er niet echt over meepraten. Maar ze liet haar ouders maar
vertellen, omdat ze zelf toch niet wist wat ze moest zeggen. Haar vader vertelde
vervolgens, dat hij naar het ziekenhuis was geweest en dat ze aan zijn rug
niets meer konden doen. “Hij is versleten, zeggen ze” haar vader keek
teleurgesteld, “ze kunnen het niet opereren ofzo, ik moet met de pijn leren
leven.” Opeens was Moira klaarwakker. Dit was een onderwerp waar ze wat mee
kon. Maar dan moest ze wel haar zwijgen doorbreken. Moira zat in tweestrijd,
haar ouders zouden nooit begrijpen wat ze deed. Maar haar vader had pijn en
Moira voelde heel sterk dat ze iets moest doen. Ze vroeg haar vader of ze hem
mocht helpen. “Ik doe verder niks, pap. Ik houd je gewoon vast.” Haar vader
liet het gelaten toe. Moira’s moeder stond een eindje verder en keek met een
bevreemd lachje toe. “Wat doe je nu weer? Jij hebt ook altijd wat. Wat zou jij
in vredesnaam voor jouw vader kunnen doen?” Moira wist dat haar moeder dit niet
zou begrijpen, maar zette toch door. Tot haar verbazing, vond haar vader het
geweldig. “ Moira, ik voel energie stromen en de pijn wordt minder!” meldde hij
enthousiast. Moira kreeg hierdoor wat meer zelfvertrouwen en in haar ooghoek
zag ze ook haar moeder verbaasd luisteren naar de reactie van haar man. Die
avond vertelde Moira aan Sander dat ze haar vader een ‘healing’ had gegeven en
dat het zo’n bijzondere ervaring was geweest. Het werd Moira duidelijk dat dit
weer zo’n bijzondere toevallige situatie was, waarop het universum haar hielp
om verder te komen. Het was een staaltje Goddelijke interventie, die haar leven
ten gunste veranderde. Dit moment had haar de kans gegeven haar gave te laten
zien aan haar ouders, zonder dat ze het in een moeilijk gesprek uit had hoeven
leggen. In woorden zouden ze haar nooit begrepen hebben, maar nu het zo fysiek
voelbaar was geweest voor haar vader, was het gewoon duidelijk. De volgende
morgen ging de telefoon. Het was haar vader. “Lieverd, ik weet niet wat je hebt
gedaan, maar de pijn is helemaal weg. Vannacht heb ik geweldig geslapen en ik
voel me heerlijk.” Moira was blij verrast. Dit was een cadeautje! Haar eigen
vader had aan den lijve ondervonden hoe healing werkte en was hier hopelijk
voorzichtig van overtuigd nu. De dag was al gemaakt, voordat hij goed en wel
begonnen was. Ze hing op en vertelde Sander wat haar vader gezegd had. Sander
was, net als haar vader was geweest, sceptisch. Gelukkig liet hij haar vrij in
haar eigen ontdekkingstocht. En dat was goed zo. Ze begreep nog lang niet alles
van de wereld die voor velen onzichtbaar bleef. Doordat er voor haar telkens
tipjes van de sluier werden opgelicht, begreep ze er zelf steeds meer van. De
onzichtbare wereld lag als een warme deken over de zichtbare wereld heen. Je
kon gemakkelijk in beide werelden vertoeven, maar ze voelden duidelijk heel
anders aan. Tijdens haar spirituele ontdekkingstocht had ze een bijzonder
inzicht gekregen: de werelden vulden elkaar geweldig aan. Wat een ontzettend
rijk gevoel was dat! Ze zag ook duidelijk het belang van beide werelden in en
ook waarom ze onlosmakelijk aan elkaar verbonden waren. Op haar nieuwe weg
deden zich situaties voor, die haar nog dichter bij zichzelf brachten. Ze zag
in dat als ze dichtbij haar werkelijke natuur kwam en ze ging lopen in de weg
van haar ziel, zij daarmee zelf situaties creëerde die haar hielpen om verder
te komen. En dat wanneer alles een geheel is, de wereld zich om haar heen
vormde. Ze was zich ook bewust van het feit dat zo te leven niet alleen voor
haar was weggelegd, maar voor elk mens. Je moest het alleen wel zelf zien. Zelf
ontdekken. Leef je in angst en ben je bang om dingen te verliezen? Dan verlies
je uiteindelijk ook. Leef je in controle en wil je de controle altijd houden?
Dan zorgt het universum dat je de controle verliest. Dat waaraan je wanhopig
vasthoudt, dat is hetgeen wat het hardste wegvalt. Dus moet je leren loslaten.
Het lijkt een zwaktebod, maar dat is het niet. Zodra je kunt loslaten, ben je
juist sterker dan ooit tevoren. Het loslaten wil zeggen dat je in complete
overgave leeft. Een leven in de stroom met het universum, zodat je het pad
bewandelt dat voor jou bedoeld is. Het pad weet namelijk beter wat goed voor
jou is, dan dat je dat zelf weet. Pas als je luistert naar je ziel, zie je dat
het pad jou leidt langs wegen die je nooit eerder zag. De ziel heeft een zachte
stem. Ze leidt je met subtiele lessen naar de bijbehorende ervaring en die
ervaring gaat vele malen dieper dan het lezen erover ooit kan doen. De ziel
creëert dus voor jou een pad in de perfecte wereld. Alleen voelt het niet
altijd zo. De ziel stuurt je op een weg die je met je hoofd nooit had kunnen
bedenken. Ze laat je dingen voelen die je met je hart nooit had durven voelen.
De kracht van het pad is zo sterk dat je vele malen in vertwijfeling stopt met
lopen, om op zoek te gaan naar iets dat gemakkelijker is. Is het dan zo zwaar?
Nee! Het is niet zwaar. Het is ook niet moeilijk, maar het is zo gigantisch
confronterend met wie wij werkelijk zijn. De meeste mensen ervaren het wel als
zwaar, moeilijk en zeer pijnlijk. Maar dat komt, omdat het leven hen aanspoort
om verder te gaan. Waar je dreigt vast te lopen in oude patronen, daar duwt het
leven je over de rand. Zo ben je genoodzaakt om verder te gaan en door te
pakken. Moira zakte weg, luisterend naar de stem van haar ziel. Ze merkte dat
ze steeds vaker diep in zichzelf wegzakte. Deze diepe vorm van meditatie moest
ze vroeger altijd oproepen, maar steeds vaker gebeurde het nu vanzelf. Ze
voelde zich rustig, sereen en mooi. Dit was haar juiste weg. Ook al zag het er
zo anders en nieuw uit. De ziel heeft zulke zachte methodes om jou op de juiste
weg te leiden, dat je gemakkelijk overspoeld wordt met informatie uit de
buitenwereld en waardoor je de stem van de ziel kwijtraakt. Maar de stem is er
altijd, als jij de rust in jezelf maar opzoekt. “In de stilte ontstaat de
ruimte om te groeien.” De zin werd in haar oor gefluisterd. “Wow, dat is een mooie
gedachte. Die houd ik vast.” Het gaf Moira moed. In de stilte zijn is voor veel
mensen eng. Stilte zijn we niet meer zo gewend. We leven in drukke steden,
hebben het zelf druk en willen ook altijd bezig zijn. Als we niet bezig zijn,
dan staat de TV aan of zitten we op internet. De stilte is niet meer aanwezig
zoals dat ooit wel het geval was. In de stilte van vroeger stonden we veel
dichter bij onszelf en uiteindelijk ook dichterbij de ander. We leefden vanuit
een innerlijk weten en met een vertrouwen dat het leven bracht wat nodig was.
Opeens zag Moira dat Sander zat te zwaaien. “Schat, waar ben je? Je zit hier aan tafel, maar je lijkt zo ver weg. Je moet gaan werken! Wakker worden!” Was ze zover afgedwaald dat ze alle besef van tijd en ruimte kwijt was? Het moest wel zo zijn. Het gevoel was Moira niet vreemd, zo was het altijd al. Het leek op dromen, maar het was iets anders. Ze was niet dromerig. Ze was simpelweg in gesprek. In gesprek met mensen uit de onzichtbare wereld. Mensen die zij wel zag, maar Sander duidelijk niet. “Hoe moet ik dat toch uitleggen?” Moira wist dat Sander het niet zou begrijpen en zei daarom alleen maar “Lieverd, als ik zover weg ben laat mij dan maar gewoon. Ik voel me dan compleet, heerlijk en geborgen. Het is mijn manier om te overleven. Tijdens dit soort momenten krijg ik inzichten, komen nieuwe ideeën en weet ik wat me te doen staat.” Sander reageerde lachend “Wat jij doet moet je zelf weten, maar ik wil wel dat je me helpt met de kinderen aankleden en opruimen. Dan ga je straks maar lekker zitten staren, als je dat zo fijn vindt.” Hij had gelijk. Moira wist dat het staren, zoals Sander het zo mooi noemde, voor haar van essentieel belang was, maar ze moest ook bij haar gezin blijven en zich bewust zijn van haar verantwoordelijkheden in haar werk en in het huishouden. De balans vinden was moeilijk. Veel moeders klagen al over de balans tussen werk en gezin. Moira had nog een andere vorm van balans ernaast te vinden, namelijk die tussen geestelijk en aards leven. Ze zou de hele dag in de onzichtbare wereld kunnen verblijven, maar daar zou ze totaal niks kunnen uitrichten. Hier op aarde lag haar taak met alle aardse beslommeringen van dien. Moira ging aan het werk. Straks zou ze wel weer tijd hebben om de draad van haar gedachten weer op te pakken. Ze zat op een spoor en ze was opeens geïnspireerd. Ze had een weg gevonden naar universele kennis. Vandaag zou ze die bron weer eens aanboren. Ze pakte Julia uit haar kinderstoel en poetste haar tanden. “Kleine viespeuk. Allemaal chocolade.” Julia lachte hard en rende weg. Oh nee! Nu moesten ze zich weer gaan haasten. De school begon al bijna, maar goed dat Sander haar ’wakker’ had gemaakt. De kinderen werden snel aangekleed en de broodtrommeltjes gevuld. Moira kon wel snel functioneren, maar ze had er gewoon niet altijd zin in. Ze vond het moeilijk om die verschillende vormen van balans te vinden. Eigenlijk was het gewoon fijner om in de onzichtbare wereld tussen haar spirituele vrienden te zijn, want daar was het leven zorgeloos. Daar scheen altijd de zon, was er geen stress en waren er geen boze mensen. Daar was iedereen gelijk. Ze dienden allemaal het grotere geheel en ze waren dienstbaar naar de mensen. Alles was daar perfect. Maar ja, het is ook de hemel en zoals het daar is, is het op de aarde nog lang niet. “Moira, stop hiermee, ga aan het werk” zei ze bestraffend tegen zichzelf. Ze voelde dat ze nog steeds verbonden was met haar ziel en de spirituele wereld. In die verbondenheid leefde ze eigenlijk inmiddels al automatisch en schakelde van het één naar het ander. Voor haar stopte de hemel niet, maar liep deze naadloos over in de aarde. Maar hoe vreemd zou dit bij andere mensen in de oren klinken als ze haar visie zou delen? Even verviel ze weer in een gevoel van eenzaamheid en van onbegrepen zijn. “Niet aan denken nu! Opschieten. De kinderen komen anders te laat.” De innerlijke strijd van Moira viel haar soms zwaar. Maar de liefde die ze om zich heen voelde vertelde haar dat ze iets belangrijks deed. Ze bracht die liefde naar de wereld. En dat hield haar staande: “Liefde overwint immers alles!”
Jij als schepper
Opeens zag Moira dat Sander zat te zwaaien. “Schat, waar ben je? Je zit hier aan tafel, maar je lijkt zo ver weg. Je moet gaan werken! Wakker worden!” Was ze zover afgedwaald dat ze alle besef van tijd en ruimte kwijt was? Het moest wel zo zijn. Het gevoel was Moira niet vreemd, zo was het altijd al. Het leek op dromen, maar het was iets anders. Ze was niet dromerig. Ze was simpelweg in gesprek. In gesprek met mensen uit de onzichtbare wereld. Mensen die zij wel zag, maar Sander duidelijk niet. “Hoe moet ik dat toch uitleggen?” Moira wist dat Sander het niet zou begrijpen en zei daarom alleen maar “Lieverd, als ik zover weg ben laat mij dan maar gewoon. Ik voel me dan compleet, heerlijk en geborgen. Het is mijn manier om te overleven. Tijdens dit soort momenten krijg ik inzichten, komen nieuwe ideeën en weet ik wat me te doen staat.” Sander reageerde lachend “Wat jij doet moet je zelf weten, maar ik wil wel dat je me helpt met de kinderen aankleden en opruimen. Dan ga je straks maar lekker zitten staren, als je dat zo fijn vindt.” Hij had gelijk. Moira wist dat het staren, zoals Sander het zo mooi noemde, voor haar van essentieel belang was, maar ze moest ook bij haar gezin blijven en zich bewust zijn van haar verantwoordelijkheden in haar werk en in het huishouden. De balans vinden was moeilijk. Veel moeders klagen al over de balans tussen werk en gezin. Moira had nog een andere vorm van balans ernaast te vinden, namelijk die tussen geestelijk en aards leven. Ze zou de hele dag in de onzichtbare wereld kunnen verblijven, maar daar zou ze totaal niks kunnen uitrichten. Hier op aarde lag haar taak met alle aardse beslommeringen van dien. Moira ging aan het werk. Straks zou ze wel weer tijd hebben om de draad van haar gedachten weer op te pakken. Ze zat op een spoor en ze was opeens geïnspireerd. Ze had een weg gevonden naar universele kennis. Vandaag zou ze die bron weer eens aanboren. Ze pakte Julia uit haar kinderstoel en poetste haar tanden. “Kleine viespeuk. Allemaal chocolade.” Julia lachte hard en rende weg. Oh nee! Nu moesten ze zich weer gaan haasten. De school begon al bijna, maar goed dat Sander haar ’wakker’ had gemaakt. De kinderen werden snel aangekleed en de broodtrommeltjes gevuld. Moira kon wel snel functioneren, maar ze had er gewoon niet altijd zin in. Ze vond het moeilijk om die verschillende vormen van balans te vinden. Eigenlijk was het gewoon fijner om in de onzichtbare wereld tussen haar spirituele vrienden te zijn, want daar was het leven zorgeloos. Daar scheen altijd de zon, was er geen stress en waren er geen boze mensen. Daar was iedereen gelijk. Ze dienden allemaal het grotere geheel en ze waren dienstbaar naar de mensen. Alles was daar perfect. Maar ja, het is ook de hemel en zoals het daar is, is het op de aarde nog lang niet. “Moira, stop hiermee, ga aan het werk” zei ze bestraffend tegen zichzelf. Ze voelde dat ze nog steeds verbonden was met haar ziel en de spirituele wereld. In die verbondenheid leefde ze eigenlijk inmiddels al automatisch en schakelde van het één naar het ander. Voor haar stopte de hemel niet, maar liep deze naadloos over in de aarde. Maar hoe vreemd zou dit bij andere mensen in de oren klinken als ze haar visie zou delen? Even verviel ze weer in een gevoel van eenzaamheid en van onbegrepen zijn. “Niet aan denken nu! Opschieten. De kinderen komen anders te laat.” De innerlijke strijd van Moira viel haar soms zwaar. Maar de liefde die ze om zich heen voelde vertelde haar dat ze iets belangrijks deed. Ze bracht die liefde naar de wereld. En dat hield haar staande: “Liefde overwint immers alles!”
Jij als schepper
Ze
had een druk programma die dag en pas tegen het einde van de middag had ze tijd
om de bron van kennis die ze vanochtend geopend had, nader te gaan bekijken. De
inspiratie kwam vanzelf terug en Moira voelde dat ze dingen moest opschrijven.
Soms kwam de inspiratie zo snel, dat ze nauwelijks tijd had om te begrijpen wat
ze ermee zou moeten doen. Meestal kon ze het goed onthouden, maar soms was het
zo overdonderend dat ze het daarna niet meer kon doorgronden. Opschrijven zou
helpen. Dat wist ze. De woorden vloeiden uit haar pen: De wereld is gemaakt in
een soort illusie, alsof je leeft in een wereld die speciaal voor jou lijkt te
zijn gemaakt. Je wordt geacht op aarde te leren dat je een klein radertje bent
van een veel groter geheel en dat je een spiritueel wezen bent. Een wezen dat
nooit verloren gaat. Het fysieke lichaam gaat uiteindelijk dood, maar de
energie, degene die jij bent, die blijft springlevend en eeuwig voortbestaan. De
mens leert het meeste van de dieptepunten in zijn leven, want daarin word je
teruggeworpen op jezelf. Dan moet je sterk zijn en durven vertrouwen in wie jij
bent. Uiteindelijk moet je het allemaal zelf doen. Een ander kan je helpen door
jou inzichten te geven, maar jij moet het leven leven en je alle daarbij
behorende lessen eigen maken. En hoe ouder jouw energie wordt, des te meer deze
weet. Een oude ziel is niets meer en niets minder, dan de energie van iemand
die reeds vele eeuwen bestaat. Die tijdens zijn diverse levens geleerd heeft
wie hij werkelijk is en hoe de wereld werkt en waarom de wereld soms zo boos
lijkt. Een oude ziel ‘weet’. Het is een ‘wetende’ wijze. Deze heeft letterlijk
door schade en schande ondervonden dat hij een Goddelijk wezen is, zoals alle
andere mensen dat ook zijn. Wij zijn allemaal een stukje van God en daarmee dus
elkaars gelijken. Door deze gewaarwording, door de ervaring dat het zo is, valt
de illusie weg. Dan ben je in staat om de mens te zien die achter de illusie
schuilt. Dan ben je in de gelegenheid om de hemel te betreden terwijl je nog
leeft. Dan komen jouw werkelijke gaven aan het licht en dan mag je licht
brengen aan anderen. Als mens blijf je menselijk, maar je bent tegelijkertijd
ook een spiritueel wezen. In dat besef werk je samen met de spirituele wereld
waar overleden spirituele wezens een astraal lichaam bewonen. Dat is een
lichaam zonder de fysieke vorm, zoals we die op aarde kennen. Het doorbreken
van de illusie is iets wat je zelf doet. Je overwint in feite jezelf. Het
vraagt moed, overtuiging en wilskracht, maar als je die gevonden hebt, opent
zich de wereld achter de illusie. En die wereld is vele malen liefdevoller,
vele malen krachtiger en zo veel mooier. Het heeft diepere kleuren. Het is er
zachter en stralender en het biedt jou als mens ongekende mogelijkheden tot
ontwikkeling van de wensen die in je ziel leven. Daar ontstaat de ruimte om
zelf te creëren: om zelf mede te scheppen aan wat God ons heeft gegeven. Je
schept werkelijk vorm op aarde. Een vorm waarvoor je al die levens en al die
eeuwen voor gestudeerd hebt op de fysieke school die de aarde feitelijk is. Hoe
beter je in staat bent te vertrouwen, jezelf over durft te geven aan de wetten
die de aarde heeft en hoe meer je luistert naar de stilte van je ziel. Hoe
mooier en liefdevoller jouw creaties zijn. En dit alles is waarvoor de aarde
bestemd is. Het is het bestaansrecht van de aarde. De mensheid leeft op deze
aarde, om te ontdekken dat ze zelf de aarde zijn en dat ze deze kunnen scheppen
naar hun beste eer en geweten. God kan zelf niet scheppen: Hij schept door
middel van de mens. De mens manifesteert hetgeen God als wensen in de zielen
heeft geplant. Maar als het zo gemakkelijk zou zijn, dan zouden wij mensen daar
geen uitdaging genoeg in vinden. Dus is het leren op de aardse school zwaar.
Het zit vol uitdagingen en ontberingen, zodat je jezelf keer op keer moet leren
overwinnen.
En
lukt het niet? Dan kom je terug en begin je een nieuw leven. Je krijgt kansen
genoeg. Leven, na leven, na leven, word je geconfronteerd met jouw grootste
uitdagingen. Net zolang totdat je het leven begrijpt. Dan is je les geleerd. Op
aarde noemen ze dat ook wel eens karma, maar uiteindelijk zijn het gewoon wijze
levenslessen die jij als mens nodig hebt. Jouw leven is een op maat gesneden
les en je krijgt er bijpassende figuranten bij die jouw lessen levendig en echt
maken. En wanneer je sterft, krijg je alles wat je geleerd hebt nog eens
haarfijn te zien. Het lijkt op een film van je leven, waarin je getoond wordt
hoe goed jij je lessen hebt geleerd en waar je jezelf nog kunt verbeteren. De
wereld is zo mooi! We zien het alleen niet in het juiste perspectief. We zien
niet dat de wereld op aarde een leerschool is. We beseffen niet dat we allemaal
dezelfde lessen leren en ieder hierin ons eigen tempo mogen volgen. We
realiseren ons niet dat we zelf een stukje zijn van de Goddelijke energie. Als
we dat wel zouden weten, dan zouden de lessen je niet meer het gevoel geven dat
je er werkelijk iets van geleerd hebt. Doodgaan is de manier om even terug bij
jezelf te kunnen komen; los van de illusie die je op aarde leeft. Wanneer je
niet beperkt wordt door een fysiek lichaam, kun je beter begrijpen waarom je
bepaalde dingen moest meemaken. In die betreffende situaties word je bijgestaan
door de spirits en hiermee bedoelen we de energie van mensen die reeds eerder
zijn gegaan. Ze begeleiden je vriendelijk en zorgen dat je kunt helen na een
geleefd leven. Niemand wordt aan zijn lot overgelaten. Je wordt altijd geholpen
door onzichtbare handen en die handen zijn er voor iedereen. Het cadeau, de
beloning die ooit aan het einde van dit pad op je wacht, is ten alle tijden de
opofferingen die je hebt gemaakt waard. Je ontvangt namelijk in je laatste
leven alle inzichten die je in je levens hebt opgedaan terug. Je kunt jezelf
weer herinneren waar je vandaan komt en wie je was, maar ook waarom je hier
bent gekomen en wat jouw taak is. Al deze zaken worden je liefdevol getoond
terwijl je nog leeft, maar je moet dat wel willen kunnen zien! Als je dat ziet
verandert je leven. Het maakt je compleet. Sommige mensen kunnen erover
vertellen na een bijna doodervaring, omdat je dan heel even inzicht krijgt in
het waarom je hebt geleefd en wie je bent. Maar je hoeft geen bijna
doodervaring te beleven om deze ultieme staat van zijn te bereiken. Het
bijzondere is, dat je op aarde zelf kunt en mag leren te ontdekken wie je
werkelijk bent. Maar die weg gaat nóóit over 1 nacht ijs. Je zult er heel
intensief aan moeten werken. Je hebt een dosis wilskracht nodig. Je moet jezelf
kunnen en durven zijn. Je moet leren dat je jezelf nooit hoger mag plaatsen dan
een ander, of beter te zijn. Je weet dan wel meer, maar het maakt je nooit
hoger of beter dan een ander. Al deze dingen zijn het cadeau; het resultaat van
alle levens opgeteld. Als je dit allemaal geleerd hebt en toepast in jouw
leven, pas dan word je een menselijke engel…..
Van
schrik liet Moira haar pen vallen. Ze had alles vloeiend opgeschreven. De
woorden, de zinnen, de wijsheid daarvan. Ze schoot overeind. “Is dit wat ze me
willen laten ervaren? Is dit waarom mijn leven zo vreemd in elkaar zit? Willen
ze me laten zien dat ik een menselijke engel kan worden? Dat ik er klaar voor
ben om mijn taak als licht voor een ander te kunnen gaan schijnen? Ben ik klaar
met mijn lessen op de aarde?” De tranen stroomden over haar wangen. Ze voelde
het antwoord in haar ziel, “Je bent er klaar voor om een menselijke engel te
worden. Je mag opstaan. Je mag er helemaal zijn.” De tranen gingen nog harder
stromen. Moira voelde zich ongemakkelijk, draaide op haar stoel en keek of
niemand haar kon zien in haar kantoortje. Maar er was geen mens. Ze kon zich
overgeven aan wat er gebeurde. “Ik ben een menselijke engel,” hoorde ze
zichzelf fluisteren. Opeens leek alles samen te vallen. En Moira werd
overvallen door een angst. Een onzeker gevoel, zo groot als ze nog nooit eerder
had ervaren. “Ik kan dit toch niet? Hoe kunnen ze van me verwachten dat ik een
engel ben? Waar moet ik beginnen? Wat moet ik doen? Ik wil dit niet! Vertel me
niet dat dit is, wat ik ooit gevraagd heb. Hoe kan ik dit stoppen?” Moira had
de neiging onder haar bureau te kruipen om daar te wachten tot haar leven
voorbij zou zijn. “Het zou toch niet lang duren?” De onzekerheid gierde door
haar lijf. Haar schouders deden pijn en ze voelde een enorme knoop in haar
maag. “Waarom ik? Er zijn zoveel mooie, geweldige, succesvolle en wijze mensen?
Waarom ik?” Opeens had Moira het helemaal met zichzelf gehad. Ze was boos en
verdrietig tegelijk, maar voelde aan de andere kant een enorme opluchting. Een
vreugde en een krachtige liefde, die gewoon pijn deed aan haar hart en ook
hoofdpijn veroorzaakte. Moira wilde rustig blijven en even diep naar binnen
keren. Het leek wel alsof ze alles vergeten was wat ze wist. Ze kon het gewoon niet
geloven, maar ze wist dat ze de waarheid had gehoord. Ze wist dat dit haar
levenstaak was. Ze wist het gewoon. Ze was een wetende; een vrouw die Weet. Ze
voelde een krachtige energie door zich heen stromen. De aarde gaf haar energie.
Moeder aarde bracht haar die kracht. Ze voelde de energie door haar voeten en
haar onderste chakra omhoog komen. Bulderend als een rivier kwam de energie
hoger en hoger en leek verbinding te maken met haar kruin. Het stroomde uit
haar kruin zo haar eigen energieveld in. Moira was overgeleverd aan Hogere
energieën. Ze had iets open gezet en nu was het tij niet meer te keren. Ze
zuchtte, liet zich zakken en ging voelen. Diep in haar voelde ze de energie
borrelen. Haar ziel uitte een lach, die zich via haar mond naar buiten geperst
werd. Een harde lach kwam over haar lippen. Tranen bleven vloeien. Een groots
besef maakte zich van haar meester. Het vloeide in elke cel recht naar haar
hart. Ze kon het wel schreeuwen van ontzag. “Lieve Moira, loop naar de spiegel
en zie hoe mooi je bent. Voel de liefde die in jou zit. Deel deze liefde, lieve
Moira. Geef de mensen de liefde die ze zoeken. Er zijn niet veel menselijke
engelen. Je bent hard nodig op deze aarde. De hemel is nu in jou. De hemel is
niet boven, maar boven en beneden. Zo binnen en zo buiten. Breng de hemel naar
buiten. Neem die taak op je.” Moira was gespannen en kon niet geloven dat de
spirituele wezens uit de onzichtbare wereld dit tegen haar gezegd hadden. Toch
was dit gevoel zo echt. Zo intens, zo waardevol en zo aanwezig, dat ze dit niet
als fantasie kon afdoen. “Ik zal mijn best doen,” was hetgeen ze beloofde. Ze
wilde en zou het proberen. Ze zou er helemaal voor gaan. Maar wat het betekende
en wat ze moest doen? Dat kon ze nog niet overzien. Eigenlijk snapte ze er niks
van. Maar ze vertrouwde op haar weg en op hetgeen het leven haar had geleerd.
Dat was haar houvast. Haar draad. Het was de wilskracht die haar overeind hield
en het was de liefde die haar deed voortgaan. Wat hield ze toch van deze aarde
en wat hield ze toch van al haar eigenaardige bewoners. De liefde stroomde uit
Moira. Ze kon het niet stoppen en ook al begreep ze het niet precies, ze voelde
een enorme intense liefde in alles om haar heen. Alles sprankelde. Alles wat ze
zag had stralende witte randjes. Bomen gloeiden als gloeiwormen in de nacht.
Bloemen straalden hun kleuren uit als diamanten in alle kleuren van de
regenboog, maar dan duizend keer weerkaatst.
De weg van de
menselijke engel
Moira
had geen zin om te koken. Ze kon zich niet concentreren en de drukte van de
kinderen deed haar pijn in haar oren. Ze was helemaal van slag. Maar het leven
ging door, of zij er nu klaar voor was of niet. Het leven vroeg van haar een
tempo waarin ze nu even niet kon functioneren. Ze wilde alleen zijn. Zich naar
binnen keren en voelen wat ze die dag had meegemaakt. Maar ze kon toch niet
haar gezin alleen beneden laten en zelf naar bed gaan? Nee! Ze moest zich
herpakken. “Ik ben ook een mens met taken en verantwoordelijkheden hier. Ze
bedankte haar vrienden in de spirituele wereld voor dit prachtige inzicht en
sloot zich af van de hogere energie. Dat hielp en meteen voelde Moira dat ze
weer geaard was. Ze was weer hier, alert en aanwezig. Gelukkig had ze al vaak
geoefend in de balans zoeken tussen boven en beneden.
“Al
die oefeningen zijn dus allemaal niet voor niets geweest!” Ze besloot om
frietjes te halen. Sander wilde wel even gaan met de meisjes. Het tweetal
juichte: “Ja lekker, frietjes.” Ze voelde zich een geweldige moeder, terwijl ze
bedacht dat ze friet niet bepaald vond passen in het plaatje van de
verantwoorde maaltijd die ze haar kinderen wilde voorzetten. Maar voor deze
keer was het goed. Ze was de heldin in huis en ze hoefde niet te koken. Toen ze
allemaal weg waren kon Moira 5 minuutjes voor zichzelf nemen. Ze was moe. De
intense sessie had haar al haar energie weggezogen. Het was duidelijk allemaal
te veel geweest. Maar ze was blij dat ze zich goed had gehouden en hoe sterk ze
zich had gevoeld. Ze kon het wel, maar moest gewoon nog precies de juiste vorm
voor zichzelf kiezen. En daar kwam het drietal al aan met de warme frietjes.
“Had je niet even bordjes kunnen neerzetten? En messen en vorken kunnen
neerleggen?” bromde Sander. Ze kon Sander niet uitleggen waar ze was geweest
met haar gedachten, dus pakte ze de borden en het bestek en zei maar niks. Het
was goed zo. Die avond ging ze op tijd naar boven. Lekker douchen en lang
mediteren. Alles wat ze die dag gehoord en gezien had moest ze een plekje in
zichzelf geven. Ze pakte haar meditatiekrukje en stak een wierook stokje aan.
Al snel zakte Moira in een diepe meditatie. Ze voelde hoe ze tot rust kwam. In
deze toestand kon ze de hele wereld aan. Ze zag in vroegere beelden hoe de
aarde was gemaakt. Ze hoorde een stem vertellen over haar ontstaan. Ze voelde hoe
zij deel had uitgemaakt van het Goddelijke plan. De aarde was er voor de
mensen, zodat ze konden leren in de materie. De mensen leerden en ontwikkelden
zichzelf en daarmee werd de energie van de aarde gevoed. Dit proces droeg weer
bij aan de ontwikkeling van het universum als geheel. Het was de manier waarop
God zichzelf elke dag opnieuw uitvond. De mensen op aarde vergaten hun
oorsprong. Ze werden letterlijk in het diepe gegooid en moesten gaan leren hoe
ze op eigen benen konden gaan staan. Hierbij werd de mensheid al in den beginne
bijgestaan door de engelen en spirits uit de geestenwereld. Mensen konden die
alleen zien via hun derde oog. Deze wereld zou op de achtergrond blijven.
Onzichtbaar zijn met de fysieke 5 zintuigen die de mensen meegekregen hadden.
Maar er waren ook mensen die wél gezegend waren met de mogelijkheid om de
onzichtbare wereld te zien. Ze konden er zelfs mee communiceren! Door te
spreken met de spirits van hun voorouders leerden ze vele spirituele wijsheden.
Deze mensen waren de sjamanen, priesters, medicijnmannen en Yogi’s. Zij
brachten de hemel dichterbij de aarde en deden dat stap voor stap. Zij leerden
mensen te durven vertrouwen op de kennis van de spirituele wereld. Ze leerden
hen te genezen met de kracht van de spirituele wereld. Zij waren de wijzen die
konden zien in de onzichtbare wereld. In sommige culturen werden er rituelen
opgezet om de geesten en engelen te eren. Ze zagen de spirituele wezens als
Goden en vereerden hen allemaal. Er werden grote gebouwen gebouwd om deze Goden
te eren. Maar er kwam ook ruzie, omdat de interpretatie van de geestenwereld en
de engelen door elk mens anders werd overgebracht. De een vond het nodig angst
te zaaien en vertelde dat de steun van de geesten zou verdwijnen als men niet
deed wat hij zei. De ander wilde alleen nog maar in hogere sferen verkeren door
het gebruik van verdovende middelen en drugs. Zij rookten of dronken
hallucinerende middelen om op die manier zo lang mogelijk in contact te blijven
met de spirituele wezens. Ze kregen wel de kennis en werden wetenden, maar ze
verloren soms de verbinding met de gewone mensen. Sommige sjamanen,
medicijnmannen en yogi’s werden daardoor zonderlinge vreemdelingen. Ze waren
vaak eenzaam en onbegrepen. Ook kwamen er profeten; mensen die de weg naar God
hadden gevonden en anderen deze weg wilden wijzen. Dat deden ze met de beste
bedoelingen, maar mensen interpreteerden hun woorden en hun voorbeelden als de
enige waarheid. Lange tijd nadat de profeten waren gestorven, werden hun
inzichten veelal als de waarheid aangenomen en hun lessen werden strenge
regimes. Het goede werk van de profeten werd tot een wet verheven en grote
gebouwen werden aan hun gedachtegoed gewijd. Boeken verschenen die hun
inzichten verwoordden. Er werden mensen aangesteld om ’Het Woord’ uit deze
boeken te verkondigen. De woorden werden letterlijk genomen en groeiden
langzaam maar zeker uit tot leidende wetten. Er werden straffen bedacht voor de
mensen die deze wetten niet naleefden. De wijsheden van de profeten werden soms
zelfs misbruikt om mensen te onderdrukken, om ze angst in te boezemen en vooral
om de baas over ze te kunnen spelen. De wijsheden werden tot machtsmiddelen
verheven en dienden lang niet altijd meer het oorspronkelijke doel: de mooie
boodschap van de profeten. Er waren maar weinig mensen die de wijsheden en
inzichten beleefden zoals ze bedoeld waren en ze hen eigen maakten. Het kwam
vele malen vaker voor, dat de aanhangers van verschillende profeten elkaar
bevochten om hun gelijk te krijgen. Hetgeen profeten daadwerkelijk bedoelden te
verspreiden is dat liefde, compassie en in vrede leven met je naaste, heilige
voorwaarden zijn om het gewenste pad te belopen. Die boodschap werd als zodanig
niet begrepen. Oorlog, haat en vijandigheid zijn dus totaal het tegenovergestelde
wat de profeten voor ogen hadden. Mensen werden vermoord of verminkt als ze
anders waren of niet de wetten van de profeten naleefden. En zo werd de wereld
uiteindelijk een rampzalige plek van eenzaamheid, bekrompenheid en pijn. En uit
deze wereld kwamen nieuwe mensen voort, die op de achtergrond leefden. Die niet
zichtbaar waren, maar toch overal om ons heen. Het zijn de kinderen van de
nieuwe tijd. De kinderen die de wijsheid hebben meegekregen van de spirituele
wereld. Kinderen die meer dan anderen, herinneringen hebben van hun vorige
levens. Kinderen die de mensheid de nieuwe aarde moeten brengen. Lieve Moira,
jij bent één van die kinderen! Ga je vrienden zoeken. Help hen om ook te
groeien, te laten bloeien om zich los te kunnen breken uit de harde wereld
waarin we nu leven. Laat ze opstaan, lieve Moira. Dát is waarvoor jij gekomen
bent! Zij zullen weten en begrijpen wat jij komt doen. Zij zullen voelen dat
jij de wetten van alle profeten begrepen hebt en dat jij de wetten van alle
profeten ook werkelijk leeft. Want, Moira, een menselijke engel is
vleesgeworden Liefde. Het is de aardse manifestatie van het Goddelijke licht.
Het straalt en het geeft. Het geeft verlichting in tijden van zwaarte. Het
geeft warmte in tijden van kou. Het geeft zachtheid in tijden van keiharde
confrontaties. Het geeft. Het geeft en het geeft. Een menselijke engel is
namelijk verbonden aan het eeuwige licht. Daar kan de engel oneindig uit
putten. Elk mens wordt geboren om uiteindelijk die engel te worden. Om te
groeien en om uiteindelijk pure liefde te worden. Hiervoor moet elk mens eerst
het duister ervaren om het licht te herkennen. Hoe donkerder de wereld is, hoe
beter de mensen van het licht opvallen. Je zult merken dat het zo werkt. Wij
helpen jou. Je bent nooit meer alleen.” Vol ontzag kwam Moira stap voor stap
terug uit haar meditatie, in de werkelijkheid. Ze was nog steeds naakt na het
douchen en voelde zich nauw verbonden met de aarde; met alles wat is. Moira
ging liggen op de dekens van haar bed, met haar knieën opgetrokken onder zich.
Ze sloeg haar armen om zich heen en maakte zich zo klein mogelijk. Zo voelde ze
zich veilig. Opeens voelde ze dat er vleugels om haar heen geslagen werden. Die
zachte streling wilde haar liefde geven, steun brengen en kracht influisteren. Plots
begreep ze dat het haar eigen vleugels waren. De vleugels die zij als engel
droeg. Ze kon ze voelen. Het was een fijn gevoel, stevig, zwaar en enorm
krachtig. Moira kreeg een brok in haar keel. Ze stond op, deed haar pyjama aan
en kroop in haar bed. Ze was uitgeput. Ze wilde alleen nog maar slapen. Ze
voelde haar tranen stromen. Ze maakten haar kussen nat. Het deerde haar niet.
Ze liet ze de vrije loop. Er was zoveel gebeurd waar ze nauwelijks iets van
begreep. Ze zou wel zien wat de inzichten haar zouden brengen.
Een roeping
De
volgende morgen voelde alles als een vage herinnering, alsof dat wat gisteren
was gebeurd al jaren geleden was. “Ik ben een menselijke engel,” Moira
fluisterde het af en toe tegen zichzelf, misschien wel om zichzelf ervan te
overtuigen. Het voelde vreemd, maar ook zo vertrouwd: Alsof ze altijd had
geweten dat ooit deze dag zou komen. Ze wist dat het een zware taak was, die ze
op zich had genomen. Dat het moeilijk werd en dat weinig mensen haar zouden
begrijpen. Ze besloot dat ze ervoor zou gaan, ook al wist ze niet wat het haar
zou brengen en wat het van haar zou vergen. Ze voelde dat het gewoon zo hoorde
te zijn. Maar spannend vond ze het wel. De volgende dag werd een drukke dag vol
huishoudelijke verplichtingen, werk en klanten die iets van haar wilden. Maar
Moira had een gedaantewisseling ondergaan. Het deerde haar niet. Ze stond
stevig op de grond, voelde zich verbonden met de mensen om zich heen en ze was
zelfverzekerd. Een besluit nemen bleek al genoeg te zijn om eindelijk vol
overgave haar dagelijkse beslommeringen af te kunnen werken. Ze vond het een
wonderlijk gevoel, maar het kwam haar goed uit. De week verliep verder zonder
bijzondere gebeurtenissen. Moira had het druk, werkte hard en genoot van haar
nieuw gevonden standvastigheid. Ze leefde nog steeds in haar twee werelden, die
van boven en die van beneden. Dat kon dus het verschil niet zijn. Het voelde
wel zo, dat die werelden dichterbij elkaar waren gekomen. Eerst ervaarde ze de
connectie met de spirits altijd als iets van buiten zichzelf, maar nu voelde
het als iets dat van binnen uit kwam. Alsof ze één was met de hemel en de aarde
op hetzelfde moment. Moira begreep dat ze langzaam mocht wennen aan deze nieuwe
manier van leven. Ze merkte dat dingen vanzelf gingen. Ze hoefde niet zo hard
meer te werken om de dingen voor elkaar te krijgen. Ze kreeg veel eerder
medewerking van familie en vrienden en hoefde niemand te overtuigen van wat dan
ook. Er gebeurden ook bijzonder gekke dingen. Zoals toen ze onderweg was naar
de lessen die ze volgde op de spirituele school. Na de cursus healing was Moira
aan diverse andere klassen gaan deelnemen. Ze wilde alles weten. Die dag zou
haar les hoe dan ook om half 10 beginnen en ze wilde natuurlijk niets missen.
Een file gooide roet in het eten. Moira voelde een enorme drang om de file op
te laten lossen. Ze reed op de snelweg maar haar teller gaf nog geen 50
kilometer per uur aan. Verdorie, met dit slakkengangetje zou ze nooit op tijd
komen. Moira zag 5 minuten verstrijken, maar ze stond nog steeds op dezelfde plek
in de file. Opeens kreeg ze een ingeving. Ze stemde zich af op haar binnenste
en maakte contact met haar spirituele vrienden. Opeens begon ze te blazen. Zo
hard als ze kon. Ze blies de woorden die in haar opkwamen naar buiten: “Kom op,
rijden. Toe maar, rijd maar verder!” Moira blies nog eens en nog een keer. Ze
opende haar ogen en ze zag de file vooruit gaan. Een minuut later reed ze weer
120 kilometer per uur. Verbaasd keek ze naar de weg. Er was in geen velden of
wegen een file te bekennen. Ook stond er nergens een auto langs de weg of
politie. Er was gewoon niets te merken van de file die er kort van tevoren toch
echt had gestaan. “Is dit wat engelen kunnen?” Moira had het zich nog niet
afgevraagd of ze hoorde een stem. “De wereld is een illusie en degene die door
de illusie heen is gebroken, leeft in een wereld waar alles mogelijk is. Een
engel creëert zijn eigen leven. Het is een kwestie van oefenen, van afstemmen
en van vertrouwen hebben in jezelf en je eigen kracht.” Moira voelde een harde
lach uit haar keel ontsnappen. Het zat een beetje tegen het hysterische aan. Ze
voelde zichzelf nog helemaal niet op haar gemak in deze hernieuwde vorm van
haar leven. Hoe was dit toch mogelijk? “Je moet het nog leren. Heb geduld. Wij
blijven je helpen. Je zult het langzaam maar zeker gaan begrijpen. Maar niet
alles in één keer. Dat hebben we je toch al een keer uitgelegd? Dan zou je zo
overdonderd worden door de grootsheid, dat je totaal verloren zou voelen. Neem
rust. Maak plezier en zorg dat je ook met beide benen op de grond blijft staan.
En dan komt de volgende stap vanzelf, wanneer jij eraan toe bent.” Ze maakte er
een gewoonte van om de ervaringen die ze had te vertellen aan Sander, maar
gebruikte daarbij een luchtige, vrolijke toon. Alsof het heel gewoon was dat
deze dingen gebeurden. Moira zorgde er ook voor, dat ze Sander regelmatig
betrok in haar belevingswereld, voordat de dingen gebeurden. Ze deelde haar
voorgevoelens. Op deze manier kon Sander ook werkelijk zien en ervaren, dat ze
het goed had aangevoeld. En dit werkte. Sander kwam ook met collega’s aan, die
graag een consult wilden ondergaan. Vaak bleef Sander dan meeluisteren. En op
deze manier werd het voor hem inzichtelijker wat Moira deed en vooral hoe dat
effect had op de mensen om hen heen. Het zorgde ervoor, dat Sander haar steeds
meer steunde. Hij zag namelijk wat ze mensen bracht. Moira had zelfs het
gevoel, dat Sander trots op haar was. Alhoewel hij daar nooit echt over
uitwijdde. Maar het moedigde haar aan. Het liet haar volhouden. Het voelde goed.
Ze had haar roeping gevonden. Al denkend, stond Moira opeens voor de deur van
de school. Gek genoeg, precies op tijd. Ze bleef zich verwonderen over deze
momenten. Het kon toch eigenlijk niet? Ze had lang stilgestaan en was toch op
tijd. Ze ging snel naar binnen.
Word
vervolgd….. (Volgende Week het laatste deel…)
© Lilian Gijsbers
2014-2016 - http://www.lilianders.nl/home.html
Niets
uit deze uitgave mag verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt worden door middel
van druk, fotokopie, microfilm, internet of op welke wijze dan ook, zonder
schrijftelijke toestemming van de uitgever/auteur. ISBN: 9789-94-022-1301-0
In
samenwerking met: http://www.denkmetjehart.blogspot.nl/
Geen opmerkingen:
Een reactie posten